Reisverhaal «Middenin de culturele driehoek»
KrisKras zomer 2015
|
Sri Lanka
|
0 Reacties
05 September 2015
-
Laatste Aanpassing 07 September 2015
Polonaruwa..daar zaten we dan!
Ook hier stonden de gammele fietsen klaar zodat we konden vertrekken richting de Polonaruwa site. Deze keer geen plannetje bij maar een levende GPS genaamd Nilantha. Eenmaal aangekomen hadden we afspraak met de gids.
Polonaruwa is de 2de koningsstad, na Anuradhapura en het prijkt ook op de lijst van UNESCO werelderfgoed. De site is gelijkaardig als Anuradhapura maar kleiner en dichter op elkaar. De boeddhabeelden en de stoepa`s die je hier ziet zijn mooi bewaard gebleven, in groot contrast met de muren rondom. Veel ruïnes zijn jammer genoeg bijna met de grond gelijk. Spijtig dat ze hier in het verre verleden niet meer van hebben kunnen bewaren.

Een half dagje was hier voldoende en eerlijk gezegd, had het gemoeten...ik denk niet dat we het een volledige dag hadden uitgehouden. Het was bakkend heet en het was ongelooflijk lastig om te luisteren naar de (ook wel minder interessante) gids. Het voelde aan alsof ons brein gefrituurd werd en we spiegeleitjes konden bakken op de ledematen.. Man man, zoooo warm... Dan maar afkoeling van formaat gaan zoeken in een zwembad nabij! We waren naar een hotel gefietst en het laatste wat je er denkt aan te treffen is een gigantische groep jonge, dronken Sri Lankanen. Een beetje ongemakkelijk liepen we richting de kleedhokjes vermits het vooral jonge, zatte kerels waren in het zwembad en de weinige vrouwen die er waren, al hun kleren nog aanhadden om in te zwemmen. Maar goed, we hadden betaald en de drang naar afkoeling was zodanig groot dat het maar zo moest zijn dan. We zaten uiteindelijk nog niet goed en wel een half uur in het zwembad of het begon keihard te gieten en te bliksemen. Gedaan met de fun...dan maar een cocktailtje drinken zeker?
Het bleef maar gieten en gieten en het leek niet op te houden. Zucht... En het was al rond half 6 dus dat betekende dat het ook heel binnenkort ineens donker zou zijn. Dan maar goed inpakken, plastic zakjes over het hoofd doen en in de gietende stortregen naar de fietsen. En echt waar, ik overdrijf NIET.. 5 meter in die regen en je kon ons gewoon uitwringen. Spongebob was er niets tegen!
Vol moed sprongen we op de fiets om volledig uitgeregend toe te komen in Devi`s. Ik denk moesten we allen onze kleren en ons haar uitgewrongen hebben dat we een volledige badkuip hadden kunnen vullen! Haha! Het was nogal een avontuur en kijk, de afkoeling die we zo nodig wilden hebben, hebben we dubbel en dik mogen ontvangen! Weergoden, u weze bedankt!
De dag nadien namen we afscheid van mamy en papy want het was tijd om de reis alweer verder te zetten. En vandaag was toch wel wat spannend want we gingen op onze allereerste safari.
Minneriya NP is gekend voor zijn `elephant gatherings`. In de droge periode (mei - sept) komen hier honderden olifanten samen bij de Minneriya Tank om te grazen, drinken, baden, … . De reden dat hier zoveel olifanten zitten is omdat het park deel uitmaakt van een route die de olifanten afleggen tussen Minneriya NP en Kaudulla en Wasgomuwa NP.
Verdeeld onder 2 jeeps reden we het park in. Normaal gezien moet je eerst even rijden tot aan de tank vooraleer je de olifanten ziet. Uiteraard liep het bij ons wat anders want elke dag hadden we toch al iets speciaal of uniek meegemaakt en vandaag zou niet anders zijn. Ach neen, geen tradities verbreken eh!
We waren nog maar net wat verder gereden dan de ingang of we zagen al wilde olifanten tussen de bomen. Prachtige dieren zijn dat en zo dicht bij ons. Geweldig! We zagen een kudde met ook een kleintje bij. Alles zag er rustig uit tot wanneer ze de weg wilden oversteken en zich ineens bedreigd voelden omdat onze 2 de jeep wat te dicht was gereden. Een grote kolos draaide zich vastberaden om, begon wild te flapperen met de oren, rechtte de staart en ging recht op de jeep af. Bij deze kan ik je verzekeren dat olifanten zich sneller kunnen voortbewegen dan je denkt, amai! Gelukkig dat de chauffeur dan toch ineens in volle plankgas vooruit schoot. De achterste jeep was nu het volgende doelwit en het laatste wat wij zagen was de olifant in `draf` en de jeep in volle gas achteruit zwengelend. Geen idee of er effectief nog iets gebeurd is of niet want wij waren toch al iets verder gereden, maar goed, de schrik zat er bij sommigen toch wel een beetje in vanaf dan.. Pogingen om uit te leggen "you jeep, me elephant, you go away, not to close" werden niet echt begrepen door de chauffeur dus sommigen hun adrenalinepijl draaide dubbele overuren voor de rest van de namiddag. Een klein trauma was gevormd :-)
We reden wat dieper het park in en we werden gedurende de komende 3u getrakteerd op olifanten, vogels, pauwen, apen, waterbuffels en dreigend onweer ;-) Het was impressionant om vooral de wilde olifanten van dichtbij te zien. Doordat het de dag ervoor ook fel geregend had, was het aantal olifanten veel minder dan normaal. Ze komen vnl naar de open vlakte wanneer het droog weer is. Hierdoor was de verhouding jeeps vol toeristen VERSUS grazende olifanten een beetje heel erg in onevenwicht maar toch nog steeds de moeite! Net op het einde zagen we wel een heuse kudde in de verte maar doordat het opnieuw heel erg begon te regenen, moesten we terug naar de ingang. We konden niet dichter gaan omdat de kans anders bestond dat we niet meer terug zouden geraken omdat het water te hoog zou staan. Dat zou een overnachting in de jeeps in het park kunnen betekenen en hoe avontuurlijk dat ook klinkt, het staat toch net niet op onze bucket lists.

Onze safari zat er op en de rust keerde beetje bij beetje terug. De verhalen en de spanningen zinderden nog na in de lodge. Doordat de elektriciteit het even niet deed (o.w.v. de zware regenval) bleef de dag wat spannend en als kers op de taart kregen we een onverwachte bezoeker onder de eettafel. Een prachtig exemplaartje van een schorpioen deed meerdere mensen gillen, op de stoelen springen, achteruit deinzen en ongemakkelijk lachen. Een situatie die te gek voor woorden was en ergens ook ongelooflijk grappig. De meesten maar freaken en denken aan de gevaren terwijl de zoon heel rustig de borstel nam, de schorpioen er op liet kruipen, ermee door zijn huis liep om hem dan achteraan in de jungle ergens te droppen. Wat een contrast alweer... :-)
Een goede nachtrust deed wonderen en de dag nadien was iedereen volop klaar voor de beklimming van de leeuwenrots. Deze rots van Sigiriya is één van de meest imponerende plaatsen van Sri Lanka en opnieuw UNESCO werelderfgoed. Het bestaat uit "The four Gardens of Paradise", omgeven door muren en grachten en met boven op de rots een citadel.
De Leeuwenrots is vernoemd naar de uitgehouwen leeuwenkop en leeuwenpoten die de toegangspoort vormen halverwege de 180 m hoge top. Hoewel de leeuwenkop al lang is afgebroken, zijn de indrukwekkende poten nog goed te zien. In de late 5de eeuw vormden deze leeuwenpoten de toegangspoort tot het koninklijk paleis gebouwd door Koning Kasyapa. Als oudste zoon van Anuradhapura’s koning Dhatusena, vreesde hij in de troonopvolging te worden gepasseerd door zijn jongere halfbroer Mogallan. Hij maakte zich meester van de troon door zijn vader eerst gevangen te zetten en nadien te vermoorden door hem in een muur te pleisteren. De hoofdstad van Anuradhapura verhuisde naar Sigiriya.
Mogallan vluchtte naar India. Angst voor vergelding bracht Kasyapa ertoe een paleis op de Sigiriya te bouwen. In het jaar 477, zeven jaar na zijn troonsbestijging, betrok Kasyapa zijn prachtige paleis boven op de rots. Gedurende al die tijd vreesde hij de wraak van zijn broer maar die bond de strijd niet zo gauw aan. Kasyapa had de tijd om volop te genieten van zijn paleis met uitzicht. Elf jaar later kwam zijn broer terug met een groot leger uit India, klaar om de rots te belagen. Toen hij op het punt stond om de strijd te verliezen, pleegde hij zelfmoord. Mogallan eiste de troon op en verhuisde de hoofdstad weer naar Anuradhapura.. De leeuwenrots werd een kloostercomplex maar dat werd verlaten in de 14de eeuw. Sindsdien is het door niemand meer bewoond en vervallen tot een ruïne.

Met de leeuwenrots impressionant aanwezig op de achtergrond, vatten we onze weg naar boven aan. Stenen treden, een metalen wandelpad en een ijzeren wenteltrap volgden elkaar op tot aan de muurschilderingen. Van de 500 originele muurschilderingen zijn er slechts 21 overgebleven. Er worden sensuele vrouwelijke schoonheden op afgebeeld, wat een gewaagde keuze was van de toenmalige koning Kasyapa, vermits het Boeddhisme het stoppen van lust verkondigt. Vandaar ook dat Boeddhistische monniken later veel van de muurschilderingen vernietigd hebben. We keren via de wenteltrap terug naar beneden en vervolgen onze weg langs de spiegelmuur. Door de vele opschriften die in de loop der eeuwen hier zijn aangebracht, om de waardering van kunst en schoonheid uit te spreken, is er niet meer veel spiegeling te zien. Eenmaal voorbij de spiegelmuur, kwamen we aan op het leeuwenplateau en daar stonden ze dan trots te prijken in de zon...de befaamde leeuwenpoten! Vroeger liep je tussen de leeuwenpoten de muil van de leeuw in maar daar is nu niets meer van overgebleven. Er is enkel een lange trap die helemaal tot boven leidt. Eenmaal daar kan je rondlopen op een oppervlakte van ongeveer 1,5 hectare waarbij de ruïnes van het koninklijk paleis centraal liggen met daaronder de ruïnes van de paleistuinen, het zwembad, de troon, de slaapvertrekken en de audiëntiekamer. Prachtig en de moeite waard!
Tevreden dalen we rustig af en bedenken we dat we blij zijn dat we pijnlijk vroeg zijn opgestaan. De rust die wij hadden in het naar boven wandelen is nu volledig gepasseerd want het is 1 ellenlange file wandelaars van beneden tot boven.
Na Sigiriya rijden we door naar Dambulla. Alsof we nog niet genoeg treden gedaan hebben vandaag, staan er ons opnieuw heel wat te wachten. De weg naar boven is lastiger omwille van de hitte die nu aanwezig is. Het zweet druipt naar beneden, alles plakt en het verlangen naar water en schaduw is groot... We verwelkomen de grotten! De omgeving van Dambulla heeft meer dan 80 grotten maar de Gouden Tempel met zijn 5 grotten is de belangrijkste attractie. De 5 grotten zijn ingericht met talrijke Boeddhabeelden en ook enkele Hindoegoden. Meerdere koningen hebben ervoor gezorgd dat de grotten er uitzien zoals nu het geval is. Voor ons een lichte overdosis aan Boeddhabeelden maar langs de andere kant opnieuw wel heel mooi en impressionant!

We hebben zeker en vast onze eerste portie cultuur al gehad! Nu tijd voor ontspanning aan het strand! Uppuvelli is met zijn warme, wilde zee en het zalige strand een heerlijke afwisseling. Het budget hotel waar we verblijven heeft een heerlijk gezellige bar (al moet je uitkijken dat je hoofd geen platform wordt voor kraaien-poep) met prachtig uitzicht op de zee. Lekkere juices, aan slechts 150LKR (=1 euro) vind je naast de deur dus onze juice-verslaving kan zegevieren!
Los van het vele chillen stond er 1 activiteit op het programma, nl. het snorkeluitstapje naar Pigeon Island. Persoonlijk snorkel ik super graag want zoals iemand het mooi verwoordde "dit is National Geographic maar dan in het ECHT" :-) Heerlijk om te zwemmen tussen al die mooie vissen, haaien en het prachtige koraal. De onwetende toerist die denkt dat hij even wat koraal mag vernietigen, berispen we dan ook zoals het hoort. Niemand maakt stukjes natuur kapot onder ons toeziend oog, daar kan je van op aan!

Tijd vliegt, ook als je het wat kalmer aan doet en we have to keep on moving! Hop naar Kandy, het laatste stukje van de culturele driehoek van Sri lanka.
TO BE CONTINUED